JPEG comprimeert afbeeldingen en wordt vooral gebruikt voor digitale foto's.
PNG (Portable Network Graphic) is vergelijkbaar, maar ondersteunt ook transparante achtergronden. Voor rasterafbeeldingen met animatie wordt voornamelijk
GIF (Graphic Interchange Format) gebruikt.
TIFF (Tagged Image Format File) tot slot biedt grafisch ontwerpers de mogelijkheid afbeeldingen zonder verlies van kwaliteit te blijven bewerken.
Een foto die onscherp wordt of vervormd raakt als je deze tot meer dan 200% vergroot, is meestal een rasterafbeelding. Alleen vectorbestanden behouden hun resolutie als je het formaat aanpast. Rasterafbeeldingen hebben vaak een van de volgende bestandsextensies:
.JPEG
.PNG
.GIF
.TIFF
Kun je rasterafbeeldingen gebruiken als bedrijfslogo?
Je kunt als logo een rasterafbeelding gebruiken als je deze slechts op één plaats gebruikt en de afmetingen altijd hetzelfde zijn, bijvoorbeeld op een visitekaartje. Als je online of in drukwerk met verschillende formaten werkt, bijvoorbeeld op posters, visitekaartjes en webpagina's, is een vectorbestand een betere optie, omdat er dan geen resolutieverlies is.
Wat zijn de verschillen tussen een JPEG- en een PNG-bestand?
Een belangrijk verschil zit in de manier waarop JPEG- en PNG-bestanden omgaan met beeldkwaliteit en grootte. JPEG comprimeert afbeeldingen, waardoor het bestand kleiner wordt en sneller kan worden geladen, maar dit leidt wel tot kwaliteitsverlies omdat bepaalde gegevens verloren gaan. Het compressieproces dat wordt gebruikt om PNG-afbeeldingen kleiner te maken heeft geen invloed op de kwaliteit, maar hierdoor zijn PNG's wel groter.
Elk rasterbestand bevat een verschillend aantal pixels, afhankelijk van de kwaliteit en complexiteit van de afbeelding. Ingewikkelde foto's die zijn gemaakt met een geavanceerde camera, kunnen wel miljoenen pixels bevatten, een indicatie van de gedetailleerdheid die wordt weergegeven. Maar onthoud: meer pixels betekent meestal een groter bestand.